In January 1953 begon het USA Bureau of Entomology and Plant Quarantine op verzoek van Benjamin A. Bitter, 'n Curaçaose veearts, een proef met het uitroeien van de schroefwormvlieg. Mannetjes die door bestraling met cobalt waren gesteriliseerd werden uit vliegtuigen losgelaten, eens per week ongeveer 1000 per vierkante kilometer. Omdat een vrouwtje het bij één paring laat, was de kans enorm groot dat er geen nieuwe schroefwormvliegen zouden komen; en hoe langer het proces duurde, hoe kleiner de kans werd. Curaçao in zijn isolatie was een ideaal proefterrein. In 10 weken tijd was de schroefwormvlieg hier totaal uitgeroeid. Door de laksheid van bepaalde instanties kwam de vlieg herhaalde malen terug, onder andere in de zestiger jaren, en voorzover ik weet komt hij ook nu op het eiland voor. Maar het lijkt sprekend op een nieuwe techniek om de tijgermuskiet uit te roeien, de Aedes aegypti, die gele koorts, dengue en chikungunya verspreidt. Hoewel rond 1955 een intensieve bestrijding plaatsvond (met DDT) had ook deze geen blijvend resultaat. Ook weer wegens gebrek aan opvolging en met name vanwege de vuilnisbelten die het hele eiland ontsieren, ideale broedplaatsen voor de muggenlarven. In Brazilië worden nu, in een poging de muskiet te elimineren, door het Oxford bedrijf Oxitec genetisch gemanipuleerde mannetjes uitgezet; de vrouwtjes die daarmee paren zijn steriel. [Correctie: de jongen sterven vóór ze volwassen zijn.] Deze techniek zou op het dichtbevolkte Curaçao veel doeltreffender en goedkoper zijn dan in het dunbevolkte Brazilië, waar ook nog voortdurend nieuwe invasies uit buurlanden verwacht kunnen worden. Waarom onze GGD en minister Whiteman hier nog niet mee bezig zijn is niet duidelijk. Het is een eenmalige uitgave die misschien, ik zou het niet weten, niet eens veel hoger zal zijn dan wat er nu jaarlijks betaald wordt aan spuitmiddelen. Helaas zal het niet helpen tegen de vuilnisbelten.